Aftellend naar de Tourstart wordt in deze serie iedere dag een renner uitgelicht. Welke renners, anders dan de traditionele top zijn de moeite waard om in de gaten te houden, waar en waarom? Vandaag in deel 12: Thomas Boudat.

Opnieuw een renner van het Franse Direct Energie. Dit vanwege het opmerkelijke besluit om sprintkanon Bryan Coquard (33 overwinningen, 5 in 2017) thuis te laten. Het had niets te maken met Coquards aangekondigde vertrek na dit seizoen, zo liet de ploegleiding weten. Het was puur een sportieve beslissing. “Als Coquard gewoon één keer Démare had geklopt of zelfs maar had bewezen dat hij hem zou kunnen kloppen, dan was het een ander verhaal. De Tour is voorbehouden voor de beste renners en daar hoort Bryan op dit moment gewoon niet bij” legde manager Jean-René Bernaudeau uit.

Dat biedt perspectief voor een andere sprinter binnen de ploeg, maar wie dan? Yohann Gene is inmiddels 36 en kwam tot dusver niet verder dan twee achtste plaatsen in de Tour. Adrien Petit won weleens een sprint in kleine wedstrijden, maar trok ze vooral aan voor anderen. Thomas Boudat dan. Die behoort volgens de redenatie van de ploegleiding tot de beste renners van de ploeg op dit moment, maar zat niet bij de voorselectie. Dat hij zijn eerst Tourdeelname dankt aan het thuis laten van Coquard zal gemengde gevoelens bij hem oproepen. Samen met Coquard heeft Boudat een verleden op de baan. Zo werden ze Europees kampioen bij de beloften op de koppelkoers, en dit jaar kwamen ze nog samen voor Frankrijk uit op de ploegenachtervolging.

Boudats erelijst op de weg telt drie overwinningen sinds hij de overstap naar de profs maakte. Hij won Classica Corsica 2015 en een etappe in de Internationale Wielerweek 2017, beide .1 wedstrijden. Ook won hij dit jaar op een niveau lager Grand Prix de la Ville de Lillers. Bij de beloftes was hij vaker succesvol. Zo kende Boudat als 20-jarige een sterk voorjaar. Eerst werd hij tweede in La Côte Picarde, een wedstrijd in een competitie voor landenteams onder 23. Een paar dagen later won hij in diezelfde competitie in een sprint de ZLM-Tour. Daarmee bezorgde Boudat Frankrijk de eerste plaats in de UCI Nations’ Cup. Op de vraag of het zijn mooiste overwinning was in zijn nog prille carrière antwoordde hij dat het een prachtige zege was, maar dat hij zes weken eerder wereldkampioen was geworden op de baan bij de elite.

Onder baanrenners is hij dus een bekende naam en behoort hij tot de top. De afgelopen jaren won Boudat bij de elite op de Franse kampioenschappen elf titels in vier onderdelen en diverse wereldbekerwedstrijden. In Rio werd hij vijfde op het omnium, het onderdeel waarop hij in 2014 wereldkampioen werd. Hij zal in de Tour dus niet als favoriet aan de sprint beginnen, maar als ‘black horse’. Gezien het ijzersterke deelnemersveld bij de sprinters zou een overwinning een regelrechte stunt betekenen. Top-10 noteringen zijn dan ook reëlere doelen en daarmee zou zijn eerste Tour al kunnen slagen. Mocht hij ook nog een keer Arnaud Démare kunnen verslaan, dan krijgt Bernaudeau zijn gelijk en Thomas Boudat het kopmanschap voor de komende jaren.

 

Speel tijdens de Tour mee met het Cycling Story Koersspel en word de beste ploegleider!