Er zijn weinig zo felbekritiseerde beroepen, als die van Belgisch wielerbondscoach. Na zes uiterst magere jaren op de wereldkampioenschappen neemt de druk van een hele (wieler)natie op keuzeheer Carlo Bomans jaarlijks toe. In Valkenburg hangen de donkere wolken al boven zijn hoofd. Op 23 september is het dan ook alles of niets voor Bomans.

Door Tim van Dijk

De actieve carrière van Bomans
Carlo Bomans wordt geboren op 10 juni 1963 in Bree en kiest al gauw voor de koersfiets. En de jonge Carlo blijkt talent te hebben. Zo wordt hij in 1981 Belgisch kampioen bij de junioren. Mede dankzij een overwinning in de Omloop Het Nieuwsblad bij de beloften krijgt hij in 1986 een profcontract bij Lotto-Merckx. Hij debuteert dat jaar gelijk in de Tour de France (opgave etappe 17) en schrijft solo de tweede etappe in de Ronde van België op zijn naam. Zijn meest succesvolle seizoen kent hij echter in 1989, als hij voor Domex-Weinmann rijdt. Hij is dat jaar onder andere de beste in de Druivenkoers en andermaal in een rit van de Ronde van België, maar het hoogtepunt vindt plaats op 25 juni. Bomans, die geldt als iemand die rap aan de meet is, verovert die dag op 26-jarige leeftijd de nationale driekleur. In Waregem is hij Eddy Planckaert te snel af in een sprint-à-deux. In de seizoenen daarop pikt hij in de diverse shirts van Mapei hier en daar nog een zege mee, wordt hij derde in Parijs-Roubaix (1991), maar de nationale titel zal hij niet meer overtreffen. Al komt de E3 Prijs Vlaanderen-Harelbeke, die hij in 1996 aan zijn palmares toevoegt, dicht in de buurt. In 1998 neemt hij afscheid met een tweede plaats op het BK. Vrijwel direct nadat hij zijn fiets aan de wilgen heeft gehangen, krijgt hij een baan bij de Belgische wielerbond. Bomans wordt bondscoach bij de junioren.

Carlo Bomans, de bondscoach der Belgen. (Foto: © Belga)

Talentontwikkelaar
In zijn beginjaren krijgt de voormalig prof talenten als Philippe Gilbert, Wim de Vocht en Kevin de Weert onder zich. Die jongens boeken successen, ook in internationale koersen, en de WK’s verlopen allerminst onverdienstelijk. Zo kan De Weert zich in 1999 (Verona) en 2000 (Plouay) getuige zijn klasseringen (4e, 6e) meten met de absolute top. Bomans gaat zich nadien steeds nadrukkelijker bezighouden met de eerstejaars junioren. Een aanpak die zich een jaar later in Lissabon al uitbetaalt. Het was de piepjonge Jurgen van den Broeck (17) uit Herentals die voor een unicum zorgde. In de lastige tijdrit klokte de Belg de snelste tijd en bezorgde zijn land hiermee de allereerste gouden tijdritmedaille in de WK-geschiedenis. Het verschil tussen Van den Broeck en nummer twee Oleksandr Vachuk (Oek) bedroeg slechts 44 honderdsten van een seconde. De jonkies als Jurgen van den Broeck en Gianni Meersman groeiden door, maar pas in 2009 zou Bomans in zijn duobaan van keuzeheer bij de junioren en elite weer succes behalen. Tot 2006 had hij enkel de juniores onder zijn hoede, maar verder dan ereplaatsen kwamen die niet. Sven Nevens (4e in 2001), Pieter Jacobs (6e in 2003 en 5e in 2004) zorgden voor de beste resultaten. Pijnlijk is vooral het fiasco in eigen land op het parcours van Heusden-Zolder. De eerste Belgische junior was in de uitslag pas terug te vinden op plaats 35. Bert de Backer had destijds voor eigen volk de twijfelachtige eer.

Verwachte promotie
Als José de Cauwer daags na de mooie wereldtitel van Tom Boonen aankondigt dat hij per 31 december 2005 zijn taken als hoofdbondscoach bij de wielerbond neerlegt, wordt al snel de naam van Carlo Bomans als diens opvolger naar voren gebracht. Voorzitter Laurent de Backer laat direct doorschemeren dat hij eraan denkt om Bomans door te schuiven naar de elite. Als gevolg daarvan stelt de ex-prof uit Bree zich officieel kandidaat en krijgt een maand later goed nieuws. In een reactie geeft de KBWB (Koninklijke Belgische Wielrijdersbond) meer uitleg bij de promotie van hun juniorenbondscoach. “Dat we voor Carlo Bomans gekozen hebben, ligt voor de hand. Hij komt uit het professionele topwielrennen en de vele jonge profs van de huidige generatie kent hij nog van bij de juniores. De keuze lag voor de hand”, stelt bondsvoorzitter Laurent De Backer. “Carlo was al jarenlang bondcoach bij de juniores en kwam na een analyse van Tom Van Damme, directeur bij de KBWB, naar voor als de beste optie. Wij moesten een keuze maken uit zowat twintig namen, maar ik denk dat we met Carlo Bomans de ideale persoon binnenhaalden.” Wat de bobo’s dan nog niet weten, is dat ze met hun kersverse coach zes teleurstellende jaren tegemoet zullen gaan.

Van Salzburg tot het debacle van Varese
In 2006 reist de Belgische selectie af naar Salzburg in de hoop de regenboogtrui andermaal op te halen. Maar het loopt allemaal net iets anders. Titelverdediger Tom Boonen zit in de slotronde onverwachts geïsoleerd en kan door een slimme zet van de Italianen niet meesprinten om het goud. Paolo Bettini wint, Boonen moet tevreden zijn met plaats negen. Bomans wordt niet veel verweten. De media hadden vooral meer verwacht van schaduwkopmannen Nick Nuyens en Philippe Gilbert. De mannen die Tommeke miste in de laatste kilometer. “Veel van mijn jongens moeten nog rijpen”, was na afloop de verklaring van de debuterende Carlo Bomans. Om vervolgens een vergelijking tussen Real Madrid (Italië) en Anderlecht (België) te trekken. In 2007 moet de opvolger van José de Cauwer weer toezien hoe zijn mannen tekort komen voor de wereldtitel. De Belgen rijden tactisch een goed WK, maar meer dan de ereplaats van de sterker geworden Philippe Gilbert (8e) zit er in het Duitse Stuttgart niet in.

Met 4 man in de top-20 (Nick Nuyens wordt 9e en beste Belg) van het WK lijkt de Belgische ploeg in 2008 terug te kunnen kijken op een collectief sterk kampioenschap. Ware het niet dat Tom Boonen na de koers uitpakt met enkele pittige uitspraken. “Net nadat we afspraken hadden gemaakt om op een spurt te mikken en dus enkele mannetjes in mijn buurt te houden, gaat zowat iedereen van de ploeg mee in de aanval”, luidde destijds het duidelijke verwijt van Boonen. Vooral het feit dat hij over superbenen beschikte deed een gefrustreerde Boonen niet spreken van een gemiste, maar van een weggegooide kans. Bomans viel z’n kopman bij door in zijn analyse het woord ‘misverstanden’ te laten vallen. Maar is het niet de verantwoordelijkheid van een bondscoach om die (tijdens de koers) te voorkomen? Waren de afspraken die tijdens de teambespreking werden gemaakt niet duidelijk genoeg? Kortom: faalde Bomans in tactisch/coachend opzicht? Allemaal vragen die naar aanleiding van Boonen’s teksten opborrelen, maar onbeantwoord bleven.

De Belgen, waaronder Philippe Gilbert, rijden hier in Varese een gat dicht voor Tom Boonen, maar lieten hem op het moment van de waarheid in de steek. (Foto: © Sirotti)

Bomans onder vuur
Met de rumoerige naslaap van 2008 nog vers in het geheugen, barst voor de titelstrijd in het Zwitserse Mendrisio hevige kritiek los op Bomans. Naast niet geselecteerde renners als Stijn Devolder en Jurgen van den Broeck zet ook wielergrootheid Eddy Merckx openlijk vraagtekens bij de selectie. De beklaagde laat weten de kritiek meer dan beu te zijn, maar reist toch met goede moed naar Zwitserland af. En de bondscoach krijgt zijn gelijk. Zijn renners ontgoochelen niet, acteren als een hecht blok en voeren zijn plannen prima uit. Philippe Gilbert zat op het beslissende moment waar hij moest zitten, maar viel helaas net naast het podium. Plek zes was zijn deel.

Het langverwachte eremetaal moest er dan maar komen in Geelong, Australië. Nog altijd met Carlo Bomans aan het roer, want ondanks de kritieken besluit hij door te gaan. Philippe Gilbert start in Down Under als de uitgesproken favoriet en legt met nog 10 kilometer te gaan op de voorlaatste helling van de dag zijn kaarten op tafel. Hiermee speelde de Waal alles of niets, en hoe vurig de wielercommentatoren en het hele Belgische volk het ook hoopten, werd het niets. In zijn eentje bleek ook de topfavoriet niet opgewassen tegen de jagende achtervolgende groep. Het WK was 2800 meter te lang. De sterkste man in koers kwam uiteindelijk als 18e over de meet. Gegokt en verloren, klinkt dat dan. Maar wat als Gilbert had gewacht tot de laatste klim? Wielerminnend België zal het nooit weten. De Belgen kregen complimenten voor het feit dat ze de koers naar hun hand hadden gezet, maar hadden niet meer in handen dan de vijfde plaats van Greg van Avermaet. De kers op de taart ontbrak nog maar eens. Omdat de in 2011 onoverwinnelijke Gilbert in Kopenhagen de sprint niet aantrekt voor landgenoot Jürgen Roelandts, wordt laatstgenoemde slechts vijfde en blijft België voor het zesde jaar op rij zonder medaille. De slechtste reeks voor onze zuiderburen in de 85-jarige WK-geschiedenis.

Philippe Gilbert kan zijn ultieme droom in Geelong niet verwezenlijken. (Foto: © Luca Bettini)

Slechte communicator
“Ik heb veel geleerd van José De Cauwer, behalve babbelen”, grinnikt Carlo Bomans. “José kan journalisten zonder probleem drie uur bezighouden. Ik moet het niet eens proberen, want dat draait toch op een grandioos fiasco uit. Ik ben nu eenmaal geen prater”, aldus Carlo Bomans in De Standaard van 19 september 2006. Het blijken typische woorden. Want naast het publiek dat mort over de uitblijvende successen, laten ook de renners zich met het jaar meer en negatiever uit over Bomans. Terugkerende klacht: het gebrek aan communicatie. Het begint in de Tour van 2008 als Maxime Monfort in de media zegt dat de communicatie tussen de bondscoach en zijn renners ontoereikend is. Streekgenoot Philippe Gilbert treedt enkele weken daarop die stelling bij: “Met Bomans praten is moeilijk. Elke renner denkt er zo over, maar niemand durft hem dat in zijn gezicht te zeggen.” Een flinke tik die Gilbert hier uitdeelt. Maar dat is nog niets vergeleken bij de zaak-Nick Nuyens.

De Bom van Bevel is in 2010 zwaar ontgoocheld als hij hoort dat hij niet wordt geselecteerd voor Geelong. En dat terwijl Bomans hem al persoonlijk een plek in de negenkoppige WK-ploeg heeft toegezegd. Nuyens is dan ook woest: “Je gaat niet eerst iemand bellen om te zeggen dat hij erbij is, daarna een mail sturen om alles te bevestigen en de dingen administratief in orde te brengen, om 30 uur later te vertellen dat hij toch niet goed genoeg is.” Het verleidt Nuyens tot de uitspraak: “Ik denk gewoon dat er bij de bond iemand is die ‘mijne kop’ niet kan zien.” Doelend op het feit dat sommigen hem na het WK van 2008 verweten teveel voor eigen succes te hebben gereden. Met zijn uitspraak suggereert Nuyens dat niet de heer Bomans, maar de mannen in pak op het bondskantoor de negen namen op papier zetten. De media horen de zaak-Nuyens met interesse aan en er wordt openlijk getwijfeld aan het gezag van boosdoener Bomans. Zowel Bomans als de bond ontkennen beïnvloeding, maar het gezichtsverlies is al geleden.

De bondscoach lijkt nog altijd niet te hebben geleerd van zijn fouten en helemaal niks te doen met de ontvangen kritiek. Als de inmiddels 49-jarige man uit Bree dinsdag op een persconferentie zijn team voor Valkenburg bekendmaakt, doet dit weer heel wat stof opwaaien. De niet geselecteerden hebben het stuk voor stuk over de gebrekkige communicatie. Jelle Vanendert, de nummer twee van de Amstel Gold Race, moet het nieuws vernemen via zijn vriendin. Om eraan toe te voegen: “Zondagavond rond 23.00 uur Belgische tijd stuurde ik een sms’je naar Bomans. Nu, maandag om 17.00 uur Belgische tijd heb ik nog niets teruggekregen.” Nick Nuyens hoeft andermaal zijn koffers niet te pakken en dat zorgt voor teleurstelling. Nuyens wil er geen heisa van maken, maar kan het niet laten om nog eens te benadrukken dat de communicatie beter kan. Net als Jelle Vanendert verneemt hij het nieuws niet via Bomans zelf. Nuyens voelde de boodschap echter al wel aankomen. “In Plouay was ik heel goed, maar Bomans gaf toe dat hij die wedstrijd niet had gezien. Tja…Ooit gemist (Uitzending Gemist, red.) hé.”

Leest Carlo Bomans zijn eigen selectie op, of hebben de mannen in pak het voor het zeggen? (Foto: © Sporza)

Exit Bomans?
Vraag is dan ook of Valkenburg zijn laatste WK wordt? Gezien de teleurstellende resultaten en de kritiek van renners en publiek, lijkt een vertrek aanstaande. Al moet hierbij gezegd worden dat discussiëren over de WK-selectie in België verheven is tot een nationale volkssport. Hoe dan ook, het geduld bij wielerliefhebbend België raakt/is op. Enkel Boonen, Gilbert, Van Avermaet, Leukemans, Meersman, Roelandts, De Weert, Vansummeren en Devenyns (vervangt de geblesseerde Vandenbergh) kunnen Bomans’ hachje nog redden. Alleen is daar wel een wereldtitel voor vereist. Al lijkt ook een regenboogtrui weinig te kunnen veranderen aan de positie van Carlo Bomans. Deze grote wielernatie is toe aan een nieuwe keuzeheer. Een sociaal, communicatief vaardig persoon met veel ervaring in het profpeloton, die België weer naar successen leidt. Hierbij wil niet gezegd worden dat Bomans helemaal bij de bond moet verdwijnen. Integendeel. De beleidsvoerders zouden er goed aan doen om Bomans weer de zeggenschap te geven over de junioren. In het verleden en op de laatste drie WK’s boekte hij namelijk met Jurgen van den Broeck (goud), Jasper Stuyven (goud en brons) en Martijn Degreve (zilver) wel succes. Bomans heeft al van het begin laten weten het liefst op de achtergrond te werken, de job van juniorencoach is dan ook ideaal voor hem. Met al zijn ervaring kan hij veel kennis overdragen aan de jeugd. Zo blijft zijn knowhow toch behouden voor het Belgische wielrennen. Een ander kan dan in de door hem niet zo geliefde schijnwerpers staan.

Houdt de bondstop Bomans nog een jaar de hand boven het hoofd of moet hij pas op de plaats maken? Veel zal afhangen van de koers op 23 september. De dag des oordeels.