De verwachting is dat de beslissing van de Tour de France 2010 zal vallen in de laatste week. Dan krijgen de renners namelijk de Pyreneeën voor hun kiezen. In de veertiende etappe, van Revel naar Ax 3 Domaines, doemen de eerste bergen op en start de Centenaire des Pyrénées: de Tour de France viert dit jaar honderd jaar Pyreneeën!

De geschiedenis

100 jaar Pyreneeën, een simpel rekensommetje leert ons dat de eerste Pyreneeën beklommen werden in de Tour van 1910. In dat jaar was de Tour al zeven jaar oud en hadden andere beklimmingen in 1905 hun entree al gemaakt. De Tour van 1910 was de achtste editie en ging in 15 etappes over 4.737 km (ter vergelijking: in 2010 leggen de renners 3.600 km af in 21 dagen). Niemand wist wat er verwacht kon worden van de Pyreneeën: er huisden wilde beren en ook de aanwezigheid van oermensen werd niet uitgesloten.

De routeschema’s van de Ronden van Frankrijk van 1907, 1908 en 1909 waren vrijwel identiek. Op initiatief van parcourstekenaar Alphonse Steinès deden de Pyreneeën in 1910 hun intrede. In vergelijking met de Tours van 1907 tot en met 1909 waren de etapes Nîmes-Toulouse en Toulouse-Bayonne vervangen door drie etappes: Nîmes-Perpignan, Perpignan-Luchon en Luchon-Bayonne. Organisator Henri Desgrange, collega van Steinès bij l’Auto, de krant die de organisatie van de Tour mogelijk maakte, wees de Pyreneeën aanvankelijk van de hand. Hij was sceptisch: een wielrenner omhoog op de Tourmalet, dat ding van 17 kilometer lang en met zijn hoogteverschil van 2.115 m… Dat is onmogelijk!

Onder druk van Steinès gaf hij toe en hij zond zijn collega naar de Pyreneeën om te kijken of het mogelijk was de renners deze ‘nieuwe’ bergen op te sturen. Steinès kwam tijdens zijn ontdekkingstocht veel problemen tegen. Hij kwam daar op 27 januari 1910 aan en vroeg een herbergier naar de routes over de Tourmalet. De herbergier vertelde dat de bergpas in juli nauwelijks begaanbaar is, laat staan in januari.

(foto: © Presse Sports)


Steinès wilde het fenomeen zelf wel eens bekijken, huurde een auto en reed de Tourmalet op. Dichtbij de top lag er zoveel sneeuw dat hij niet meer met de auto verder kon. Hij besloot te voet naar de top de gaan. Het was diep in de nacht en (was het te wijten aan de duisternis?) Alphonse Steinès viel in een ravijn.

Om drie uur in de nacht werd hij gevonden na een zoektocht. Snel kreeg hij wat eten en eenmaal weer terug in de bewoonde wereld nam hij een warm bad. De volgende ochtend stuurde hij een telegram naar Desgrange: “Ben te voet de Tourmalet over gegaan -stop- De weg is toegankelijk voor auto’s -stop- Geen sneeuw -stop-“. Toen aangekondigd was dat de Pyreneeën dat jaar overwonnen moesten worden, schreven 136 renners zich in voor de wedstrijd. Nadien lieten 26 fietsers zich van de startlijst afhalen.

Als reactie op de kritiek van de renners op de moeilijke beklimmingen, besloot de organisatie de bezemwagen in te voeren. Deze ‘Voiture Balai’ pikte de renners op die gedurende de wedstrijd opgaven.

Op 19 en 21 juli 1910 was het dan zover. In een tweeluik tussen Perpignan en Luchon (289 km onverharde weg met onderweg vier beklimmingen) op 19 juli en, na een rustdag, tussen Luchon en Bayonne (326 km en zeven beestachtige beklimmingen) was de eerste passage van de Pyreneeën een feit.

Het was de tiende etappe toen de Pyreneeën opdoemden. In de etappe tussen Perpignan en Luchon zag Desgrange hoe moeilijk de renners het hadden en gaf de wedstrijdleiding uit handen aan Victor Breyer. In die tiende etappe werd de Tourmalet beklommen: letterlijk het hoogtepunt van de Tour. Octave Lapize bereikte de top als eerste, gevolgd door Gustave Garridou. Daar waar Lapize zo nu en dan van zijn fiets moest omdat de beklimming te zwaar was, was Garridou de enige renner van het peloton die niet hoefde af te stappen. Van de organisatie ontving hij voor deze prestatie 100 francs.

De volgende beklimming was de Aubisque. Het zat Lapize enigszins tegen op die klim, het liep niet. Daardoor ging regionaal renner François Lafourcade aan de leiding van de wedstrijd. De organisatoren hadden op de top van de klim hun auto geparkeerd en toen zij Lafourcade zagen passeren, herkenden zij hem aanvankelijk niet. Toen zij doorhadden dat het deze Fransman betrof, vroegen zij zich af hoe zo’n onbekende renner zich zo staande kon houden tegenover de grote favorieten.

Toen Lapize de auto passeerde, reageerde hij met “Moordenaars!” en hij kondigde aan dat hij tijdens de afdaling op zou gaan geven. Hij hervond in de afdaling echter zijn benen, haalde Lafourcade zelfs nog bij en won de etappe.

Lapize kroonde zich tot koning van de Pyreneeën tijdens het tweeluik daar in Zuid-Frankrijk en hij zou op 31 juli als winnaar van de Ronde van Frankrijk van 1910 gekroond worden.

Sindsdien zijn de Pyreneeën niet meer weg te denken uit de Tour. Met de komst van de Pyreneeën werd de Tour in 1910 als het ware opnieuw geboren.