Luik-Bastenaken-Luik, die in 1892 voor het eerst plaatsvond, sluit zondag een bijzonder aantrekkelijk wielervoorjaar af. Het is de enige klassieker die dit jaar een noemenswaardige parcourswijziging heeft ondergaan, met een nieuwe helling vlakbij de meet. Hopelijk zorgt dit selectieve parcours voor een open koers die langer dan slechts enkele minuten interessant is, zoals in de Amstel Gold Race en Waalse Pijl.

Na de start in het centrum van Luik duurt de aanloopfase richting eerste klim 78 kilometer. De Côte de La Roche-en-Ardenne is traditioneel de eerste van tien hellingen. Na de Côte de Saint-Roche, die halfweg koers opduikt, duurt het weer 40 kilometer voor de renners een nieuwe helling moeten betwisten.

De Côte de Wanne, op 85 km van de aankomst, opent een vijfluik dat nog geen vijftig kilometer verder eindigt bij één van de scherprechters van deze klassieker: de Côte de La Redoute. Met een maximaal stijgingspercentage van 20% is deze helling vrij vergelijkbaar met de Keutenberg, die quasi even lang is. De Redoute is gemiddeld wel nog een pak steiler: 9,7%.

16 kilometer verderop, op zo’n 20 km van Ans, volgt een nieuwe cruciale helling: de Côte de La Roche-aux-Faucons. Gemiddeld nog steiler (11%) dan de Redoute, maar maximaal ‘slechts’ 15%. Door die lage piek schommelt de hellingsgraad echter bijna voortdurend tussen 12 en 15%.

Na een tussenstuk van 14 kilometer, waarin ploegen die in het peloton nog talrijk vertegenwoordigd zijn zich kunnen herorganiseren, volgt doorgaans – dit jaar niet – de laatste officiële helling, de Côte de Saint-Nicolas. Met een lengte van 1,2 km en een stijgingspercentage van 8,6% gemiddeld wederom een kuitenbijter.

Om de koers nog wat zwaarder te maken, last organisator ASO dit jaar een nieuwe klim in: de Côte de la Rue Naniot op 2,5 km van de finish. Het officiële roadboek beschrijft dat de helling, die met kasseitjes geplaveid ligt, slechts 600 meter lang is. In werkelijkheid stijgt de weg ruim een kilometer. Die 600 meter lopen gemiddeld 10,5% omhoog. Wie zich de beste van de dag waant, kan vanaf hier een korte solo opzetten.

Een eventuele aanvaller moet dan wel nog de slotklim in Ans overleven. Voor een profrenner stelt die klim nog weinig voor (daarom is het ook geen officiële helling), maar het kan voldoende zijn om de wedstrijd al dan niet te winnen. Denk maar aan 2013 toen Daniel Martin Joaquim Rodriguez er uit het wiel kletste.

Niet alleen de zwaardere finale, maar ook het weer zal een grote rol van betekenis spelen. Men verwacht namelijk winterse toestanden, met erg lage temperaturen en zelfs smeltende sneeuw. Slechtweercoureurs zullen het graag horen. Eén ding lijkt zeker: wie Alejandro Valverde zondagnamiddag verslaat, wint Luik-Bastenaken-Luik.